Rubrieken
Bert Hermans
Deuren Gouda (2021)
Olieverf op doek
40 x 80 cm

Dit schilderij is een zesluik (hexaptych) van deuren in Gouda.Het toont bijzondere voordeuren van gebouwen en huizen in Gouda.

Linksboven is de deur afgebeeld van het voormalige Cellebroedersklooster aan de Groeneweg. Het Cellebroedersklooster werd gebouwd in de 14e eeuw en het was ook de voormalige Latijnse school. Na de reformatie werd in 1573 besloten om de Latijnse school van Gouda, het latere gymnasium, in het kloostercomplex onder te brengen. Als herinnering aan deze periode staat boven de ingang van het gebouw: "Praesidium atque decus quae sunt et gaudia vitae - Formant hic animos Graeca Latina rudes", vrij vertaald: "Om eens tot steun, sieraad en bron van vreugde in het leven te zijn, vormen Grieks en Latijn hier de nog ruwe geest".

Rechtsboven op het doek is de ingangsdeur geschilderd van het voormalige Catharina Gasthuis (nu museum Gouda). Het gasthuis wordt genoemd in een akte uit 1382, maar moet ouder zijn: in 1363 werd het herbouwd na een stadsbrand. Het gasthuis kreeg de naam Catharina Gasthuis, omdat het gasthuisaltaar gewijd werd aan de heilige Catharina van Alexandrië, patrones van het bisdom Utrecht, waartoe Gouda behoorde.

De voordeur en deel van de gevel links in het midden is van het huis De Moriaan. De huidige voorgevel in de Hollandse renaissancestijl werd rond 1617 gebouwd. De eerste vermelding van het huis dateert uit 1513. Tot 1605 was er een bakkerij De Twaelff Halff Maenen in het gebouw gevestigd. Daarna werd het een kruidenierswinkel met de naam In de Goecoop. De afgebeelde gevelsteen kwam uit deze periode en droeg de spreuk: Loop, loop, dit is in de Goecoop. Op het eind van de 17e eeuw werd het een winkel voor tabak, koffie en thee. De gevelversiering met de tabakskarotten dateert uit de 17e eeuw en het uithangbord met de Moriaan uit de 18e eeuw.

De voordeur en gevel van het huis in het rechtsmiddenpaneel zijn van het Admiraalshuis aan de Turfmarkt 142 in Gouda. Het huis aan de Turfmarkt werd in 1667 gekocht door admiraal Jan den Haen van de beloning van 10.000 Engelse ponden, die hij had gekregen voor zijn verovering van de Great Charity bij de Slag bij Lowestoft tijdens de Tweede Engelse Oorlog. Later woonde vice-admiraal Roemer Vlacq in deze woning. De laatste liet het pand in 1757 voorzien van rococogevel in natuursteen. Vlacq behoorde tot de rijkste inwoners van Gouda. Hij bewaarde in dit huis zijn uitgebreide verzameling van circa honderd.schilderijen. Zijn wijnkelder was de grootste van de stad.

De deur op het linkeronderpaneel is, net als de ingangsdeur rechtsboven, van het Museum Gouda. Het is de ingang van de gasthuiskapel. De kapel werd gebouwd in 1474. Oorspronkelijk behoorde de kapel, als gasthuiskapel, bij het ziekenhuis. Na de hervorming deed de kapel eerst dienst als voorraadschuur. In 1610 werd er weer een kerk van gemaakt. Aan het eind van de 19e eeuw deed het gebouw enige tijd dienst als opslagruimte van een plaatselijke bierbrouwer. Na de restauratie in 1979 en 1980 werd de kapel in de oorspronkelijke staat teruggebracht. Sinds die tijd doet de kapel dienst als expositieruimte van het Museum Gouda, waarmee het rechtstreeks verbonden is.

Het paneel rechtsonder tenslotte toont de voordeur en een deel van de gevel van ’t Vergulde Lam (Lage Gouwe 14). Het uit 1725 daterende pand kreeg in 1881 een eclectische winkelpui en winkelinrichting voor koffie- en theehandel van M.J. Kamphuizen.